De schorseneer is een plant uit de composietenfamilie, waarvan de langwerpige, donkere wortels als groente gegeten worden. De smaak van schorseneer doet denken aan asperge of artisjok en soms zelfs oester. Schorseneer wordt vaak gekookt gegeten met een (kaas)saus, maar rauw (geschild en geraspt) is hij ook bijzonder lekker.

Schorseneren zijn een beetje een “vergeten groente”, ik had ze tot voor kort ook nog nooit gegeten! Ze kunnen op dezelfde manier als asperges worden bereidt, dus dat heb ik ook gedaan. Je moet ze eerst grondig schillen en wassen, doe dit onder water en het liefst met handschoenen aan. Het witte sap dat vrij komt tijdens het schillen is enorm plakkerig!

Na het koken van de schorseneren bakken we de schorseneren in wat olijfolie voor wat meer smaak. De botersaus met honing en sinaasappel smaakt heerlijk bij de gebakken schorseneren. Je kunt e.v.t. nog meer componenten toevoegen, zoals bij asperges! Denk aan een gekookt eitje, krieltjes, ham/laas.. wees lekker creatief!

Bereidingswijze

Was de schorseneren grondig en schil de donkere laag eraf. Snij de schorseneren in de gewenste grootte en lengte. Kook ze in 7 minuten beetgaar in gezout water. Tip: voeg een scheut (plantaardige) melk toe om de witte kleur te behouden!

Smelt de boter in een steelpannetje op laag vuur tot hij lichtbruin kleurt. Strip de oregano blaadjes en voeg toe. Meng de sinaasappelsap en maizena en voeg samen met de honing toe. Laat inkoken en draai het vuur uit.

Giet de schorseneren af en verhit een beetje olijfolie in een steelpan. Bak de schorseneren met wat peper en zout tot ze goudbruin zijn.

Serveer de schorseneren heet met de sinaasappel-botersaus en garneer met bijvoorbeeld verse peterselie en pompoenpitten. Je kunt e.v.t. een eitje en aardappeltjes toevoegen, zoals bij asperges, of ze als bijgerecht eten!